28.03.08 Kivu for dummies (CongoForum)

Ik heb net hetzelfde gevoel als mijn vriendin. Toch zal ik proberen een beetje duidelijkheid te scheppen in de situatie. Ik beweer hier echter niet alle waarheid in pacht te hebben. Onpartijdig kan je hier nooit zijn..

1. Volkeren van Kivu

Mensen classificeren in volkeren vind ik eigenlijk een verouderde manier om over een sociale, economische en politieke realiteit te spreken. Jammer genoeg wordt het Congolese politieke discours (uit opportunisme) erdoor beheerst. Het is dus belangrijk om die classificatie, die te pas en te onpas gebruikt, wordt goed te kennen.

Bantu versus Niloot

De raciale verschillen tussen Bantu en Niloten vind ik totale nonsens, een mythe. Wat ik weet is dat de Bantu Bantu-talen spreken, en de Niloten Nilotische talen spreken. Vandaag is het verschil minder linguïstisch, meer raciaal. De Tutsi spreken een Bantu-taal maar iedereen hier verwijst naar hen als Niloten.

De meeste volkeren die Nilotische talen spreken, komen oorspronkelijk uit de Sahel. Het zijn veehouders, slanke mensen met ook fijne trekken in hun gezicht. De Maasai zijn bijvoorbeeld zo’n volk. Cultureel, linguïstisch en fysiek (raciaal?) beantwoorden zij aan het cliché-beeld van de Niloot. Maar de mythe wil dat alle volkeren die fysieke gelijkenis vertonen met de Maasai, en vaak veehouders zijn, vandaag worden gezien als Niloten, en zichzelf zien als Niloten. Alle volkeren die ik ken die zichzelf zien als Niloten, voelen zich dan ook superieur; ze vinden zichzelf mooier en slimmer dan de anderen.

Deze mythische categorisering beheerst nu de hele bevolking van Kivu en Oost-Congo. Een mythe die realiteit is geworden en bovenal de verpakking van de oorlog die hier nu woedt. Daarom belicht ik hier ook deze tegenstelling.

Tutsi

In deze tegenstelling zijn de Tutsi dus de Niloten. Alle anderen zijn Bantu: Nande, Hunde, Bashi, Hutu, … Daarnaast bestaan er nog kleine groeperingen Pygmeeën, een ander ‘ras’ dat in Oost-Congo leeft. Linguïstisch zijn de verschillende Pygmeeëngroeperingen niet met elkaar verwant Ze spreken talen verwant aan hun dichtstbijzijnde Bantu-buren. De Tutsi, de Niloten, spreken ook een Bantu-taal: het Kinyarwanda. Die taal delen ze met de plaatselijke Hutu en lijkt zeer sterk op de talen van de Barundi en de Bashi.

Hoewel heden ten dage drie rassen worden onderscheiden in Oost-Congo, kunnen we gerust stellen dat cultureel-linguïstisch alle volkeren van Oost-Congo Bantu zijn. Maar de raciale tegenstelling is in het discours over het huidige conflict belangrijker dan de culturele eenheid.

Congolese Tutsi?

Sinds de onafhankelijkheid van Congo hebben er altijd Tutsi gewoond in alle provincies van het land. Oorspronkelijk kwamen ze uit Noord- en Zuid-Kivu, maar – net zoals alle volkeren uit Congo – verspreidden ze zich in heel Congo. Er zijn Tutsi (én Hutu) die al eeuwen op het grondgebied van wat we vandaag Congo noemen, leven. Onder meer in Masisi en Rutshuru (Noord-Kivu) en in Mulenge (Zuid-Kivu, het woongebied van de beruchte Banyamulenge).

In de jaren 1930 beslisten de koloniale machthebbers om Tutsi uit het overbevolkte Rwanda te vestigen in verschillende delen van het dunbevolkte Oost-Congo.

Tijdens de onafhankelijkheidsstrijd in 1959 vluchtten tienduizenden Rwandese Tutsi uit Rwanda naar Oost-Congo. Die strijd was met hulp van de Belgen ontaard in een strijd van de Hutumeerderheid tegen de Tutsiminderheid.

De eeuwenoude Tutsi, de Tutsi die er kwamen in de jaren 1930 én de Tutsi van na 1959 vermengden zich met elkaar. De Congolese Tutsi hadden zich perfect geïntegreerd in de Congolese maatschappij. Velen verloren hun moedertaal.

2. De strijdende partijen in Kivu

In de media worden de strijdende partijen in Congo allemaal afgebeeld aan de hand van afkortingen van organisaties (FARDC, FDLR, PARECO), en afgezet tegen één man (generaal Laurent Nkunda van de CNDP). Wie allemaal achter die organisaties zitten, is niet duidelijk, maar wie generaal Nkunda is, en tot welke stam hij behoort is wel duidelijk. Mij lijkt dit erg vreemd, vooral als we weten dat in elke oorlog, elke partij zijn handen vuil maakt. Toch kennen we maar één gezicht, dat van Nkunda. Hieronder presenteer ik mijn beeld van de zaak.

FARDC

Forces Armées de la République Démocratique du Congo

Dit is het officiële leger van Congo. In dit leger vind je soldaten en officieren van alle Congolese etnieën, ook Tutsi. De eindverantwoordleijkheid voor dit leger ligt bij de president, Joseph Kabila. Dit leger heeft jammer genoeg, in naam van de strijd tegen Nkunda & CNDP (lees: de Tutsi-rebellen, hoewel hierover later meer), al te vaak de bevolking geterroriseerd en geplunderd. Dat is voornamelijk te wijten aan het feit dat de soldaten van dit leger geen loon krijgen. Ze krijgen wapens en moeten dan maar zelf zorgen voor hun brood op de plank waardoor het roofbendes worden.

Hoewel Kabila zich uitdrukkelijk distantieert van alle andere milities, is het algemeen geweten dat het leger op verschillende vlakken samenwerkt met FDLR, PARECO en Mai Mai in hun strijd tegen de CNDP van generaal Nkunda. Dat gebeurt echter niet op een georganiseerde manier. Naargelang van de situatie op het terrein nemen FARDC-bevelhebbers beslissingen naar eigen goeddunken. Het leger heeft tot nu toe vooral uitgeblonken in het aantonen van hun totale gebrek aan discipline, strategische planning en professionalisme.

De recente Conférence de la paix in Goma kwam er na een zware nederlaag van de FARDC (20.000 man sterk) tegen de CNDP (6.000 man sterk). Bij een veldslag werden alle gesofisticeerde wapens van het leger door CNDP in beslag genomen.

FDLR

Front pour la Démocratie et la Libération du Rwanda

Dit zijn de nazaten van diegenen die iets op hun geweten hadden na de genocide van Rwanda (1994), veelal Hutu. Deze génocidaires vluchtten na Kagames overwinning in Rwanda, naar Congo. Zolang de Tutsi in Rwanda machtig blijven, beschouwen ze Rwanda als een Tutsidictatuur die bevrijd moet worden.

Deze groepering is nog steeds onder leiding van de Interahamwe, die de génocide van Rwanda bedachten en uitvoerden. Maar niet alle soldaten van FDLR zijn Interahamwe. Sommige onder hen waren nog kleine kinderen toen ze met hun ouders in 1994 naar het binnenland van Congo vluchtten. Met een paar tienduizenden leven ze nog steeds in Congo.

De FDLR vormt ook helemaal geen homogene groep, en niet elke Rwandese Hutu die sinds de genocide van 1994 in Congo leeft, is er lid van. Duizenden Hutu vestigden zich permanent in het diepe oerwoud van Congo en integreerden zich in de lokale gemeenschappen.

De leiders van FDLR zitten veelal veilig in Kinshasa, Europa of Noord-Amerika. Hoewel deze beweging al massa’s misdrijven heeft begaan, is het niet duidelijk wie er verantwoordelijk voor is. Voor de leiders van FDLR werd nog nooit een ‘gemediatiseerd’ arrestatiebevel van het Internationaal Strafhof uitgevaardigd. Na veertien jaar is hun invloed binnen de FARDC en in de Congolese politiek aanzienlijk. De mythe dat de Tutsi geen Bantu zijn, en dus geen echte Congolezen, werd door hen in heel Congo verspreid. De Congolese Tutsi werden hiervan de eerste slachtoffers. Heel veel onder hen vluchtten naar Rwanda, met de hoop ooit terug te keren naar hun land van oorsprong: Congo.

Ondertussen strijdt FDLR officieel tegen de CNDP, de zogenaamde Tutsi-beweging die met hulp van Rwanda, Oost-Congo onveilig maakt.

FARDC + FDLR versus CNDP?

Waarom heeft Kabila samengezworen met de FDLR? Het is duidelijk dat Kabila slecht geadviseerd wordt. De kleine militaire groep van CNDP (de Tutsi-rebellen) leek aanvankelijk een klein probleem te zijn. In samenwerking met de gigantische FDLR zou dit snel opgelost worden. Het tegenovergestelde bleek echter waar.

CNDP groeide uit tot een klein maar oppermachtig leger in de regio waar niet zomaar komaf mee gemaakt kon worden. Maar hoe? CNDP geniet waarschijnlijk hulp van Rwanda, een klein maar hypergeorganiseerd en efficiënt land (terwijl Congo hyperchaotisch en inefficiënt is). Tal van machtige en rijke Congolese Tutsi die nu in Rwanda of België wonen (maar zeker niet allemaal!), zouden financiële steun aan de CNDP geven. Officieel zouden ze de CNDP steunen omdat ze terug naar hun thuisland willen. Officieus komt de situatie hen ook goed uit wegens de enorme coltan- en cassiterietreserves die in Noord-Kivu ontdekt werden en die ze verhandelen.

Hierom draait het hele gevecht tussen Kinshasa en Kigali, tussen politici en zakenlieden. Officieel tussen Tutsi en Bantu. Maar eigenlijk draait alles om financiële belangen. Alle Tutsi zijn echter niet rijk of machtig. De slachtoffers zijn in alle etnieën terug te vinden. In de vluchtelingenkampen vind je alle arme boeren van het binnenland: Nande, Hunde, Hutu en Tutsi.

CNDP en Generaal Laurent Nkunda

Congrès National pour le Démocratie et la Paix

Dit is de enige rebellenbeweging waarbij een persoon op de voorgrond treed als verantwoordelijke. Laurent Nkunda is een Congolese Tutsi die beslist heeft niet te vluchten naar Rwanda. Hij heeft ondertussen indruk gemaakt op tal van journalisten. Nkunda is een welbespraakte, knappe, intelligente en charismatische man. Hij spreekt vlot Frans, Engels, Kiswahili, Kinyarwanda en Kinande.

Er hangt een arrestatiebevel van het Internationaal Gerechtshof boven zijn hoofd. Aanvankelijk was hij een officier van het Congolese leger. Toen de Congolese politici hem echter de rug toekeerden en hem als zondebok van de oorlog wilden gebruiken, trok hij zich met zijn manschappen terug in de bergen van zijn geboortestreek. Daarom is het voor hem zo belangrijk tot het bittere eind verder te vechten. Hij probeert zijn eigen hachje te redden en werpt zich op als beschermer van alle Tutsi. Hij is niet bereid alleen alle schuld te dragen voor de oorlog die Congo al meer dan tien jaar teistert. Dit is veelal een schuld die de Congolese Tutsi sinds de Rwandese inval in Congo, vaak hebben moeten betalen.

Nkunda is een ‘chef de guerre’, een krijgsheer, en dus zeker geen heilige. Sommigen zien hem als Satan, anderen als de bevrijder (Jezus). Hij heeft alleszins de best geordende en meest succesvolle militaire organisatie.

Sommigen beweren zelfs dat hij niet steelt, plundert, verkracht of brand sticht. Hij slaagt erin om met een beperkte groep strijders de aanvallen van FARDC tegen te houden en zelfs hun wapens in beslag te nemen. Nkunda eist dat de bevolking die in het door hem gecontroleerde gebied woont, zijn soldaten te eten geeft. Hij ronselt ook alle jonge mannen (en kinderen?) uit de streek om voor hem te vechten.

Nkunda beweerde aanvankelijk de Congolese Tutsi te beschermen tegen de aanvallen van het Congolese leger en andere milities, of dat werd toch zo in de media beweerd. Zijn positie wordt echter niet geapprecieerd door alle Tutsi. Sommigen vinden dat hij hun situatie zo alleen bemoeilijkt ten aanzien van de andere Congolese bevolkingsgroepen. Vooral de welgestelde Congolese Tutsi verdedigen Nkunda.

Ondertussen is Nkunda’s beweging uitgegroeid tot een lokaal leger ter bescherming van de eenheid der volkeren in Noord-Kivu. Zo stellen de verdedigers van Nkunda alleszins graag de CNDP voor. Hoewel proportioneel veel officieren binnen zijn leger (maar niet allemaal!) Tutsi zijn, zijn er Hutu, Hunde, Nande en anderen in zijn leger. Het is dus ook verkeerd de CNDP te zien als een homogene Tutsi-organisatie, of de Tutsi-rebellen, zoals de CNDP al te vaak in de media wordt afgeschilderd.

Nkunda zou steun krijgen van Kagame. Ik twijfel eraan of dit klopt. Prominente zakenlieden in Rwanda zouden Nkunda financieel steunen. Die zakenlui zijn meestal Congolese Tutsi die na 1996 gevlucht zijn naar Rwanda omdat de Tutsi in Congo niet meer erkend werden als echte Congolezen en de schuld kregen van de algehele chaos de in het land heerste. Deze Tutsi willen maar één ding: terugkeren naar hun land, en naar hun materiële en financiële belangen die ze daar hebben moeten achterlaten.

PARECO en Mai Mai

Naast tal van andere milities zijn de twee belangrijkste de PARECO en de Mai Mai. Beide groeperingen werden door de Congolese overheid gecreëerd om chaos te zaaien. Etnisch zijn ze volledig vermengd (zoals dus alle milities hier in Kivu). Duizenden werkloze, gefrustreeerde, ongeschoolde jonge mannen van alle etnieën werden opgetrommeld en bewapend. Zij stelen, plunderen, verkrachten en terroriseren de bevolking.

Beide groeperingen zijn gangs of bendes die overleven door oorlog te voeren. Hun leider zou volgens bepaalde bronnen kolonel La Fontaine zijn. We hoorden echter recent dat een bataljon de vrouw van hun majoor vermoordde omdat ze niet betaald werden. De lokale bevolking organiseert ondertussen haar eigen bescherming met eigen wapens. De situatie kan zo op elk moment volledig uit de hand lopen.

3. De redenen

Coltan

Tot voor kort vlogen om de 20 minuten vliegtuigen heen en weer tussen Goma en het onrustige binnenland. Ze vlogen uit Goma met handelswaren (en wapens en munitie?) en kwamen terug met ruwe ertsen rijk aan coltan. Die ertsen zijn noodzakelijk voor het fabriceren van alle soort draagbare hightechapparatuur. Je vindt ze terug in onder andere GSM’s en draagbare computers. De vraag ernaar is enorm, en Kivu zit er vol van. Elke militaire organisatie heeft zijn mijnen en vindt genoeg afnemers voor haar producten. Niemand die ‘schandaal’ roept, want dit basismateriaal is levensnoodzakelijk voor de wereldeconomie. De onveiligheid en rivaliteit tussen de groeperingen drukt de prijs. De speculatie is enorm.

Politiek opportunisme

Democratie in Afrika betekent de wet van de meerderheid. Om de stem van de meerderheid binnen te halen, keren de politici zich tegen een minderheid, een zondebok voor alle problemen. In de Kivu is geen enkele groep de meerderheid. Maar in het ‘Bantu versus Niloot-discours’ zijn de Tutsi de minderheid, en ze hebben proportioneel ook veel grond en economische macht. Het is echter niet correct te beweren dat alle Tutsi rijk zijn, noch dat ze Niloten zijn.

Daarnaast leven dus andere minderheden in Kivu: Hutu (een relatief grote groep), Nande, Hunde, Bashi, Ngilima, … . De meerderheid van de bevolking is heel arm en officieel écht Bantu in tegenstelling tot de Tutsi minderheid, de zogenaamde Niloten.

Toen het Rwandese conflict Congo binnendrong, trachtten de Interahamwe de bevolking voor zich te winnen. Net als in Rwanda keerden ze zich tegen de Tutsi. Op dat moment verloor Mobutu zijn macht; en hij probeerde dit conflict in zijn voordeel uit te spelen. Vanaf dat moment werden de Tutsi van Congo als buitenlanders beschouwd.

De aanwezigheid van het leger van Kagame (vooral Tutsi) op Congolees grondgebied, om de Interahamwe te vervolgen, bemoeilijkte alleen de situatie van de Tutsi van Congo. Er werd een ware slachtpartij aangericht. Iedere Congolees die hulp bood aan de vluchtende Interahamwe, werd ook afgeslacht door het Tutsi-leger van Rwanda.

De Congolese bevolking werd zo door het Rwandese Tutsi-leger van Kagame vernederd. Snel werden de Tutsi de bron van alle problemen, zo ook de Congolese Tutsi. De tribale strijd van Rwanda heeft zich zo over heel Congo verspreid. Vandaag zijn politici uit de Kivu bereid om hun provincie in brand te steken om hun macht in Kinshasa te vrijwaren en de financiële macht van de Tutsi te breken. Vandaag wonen er nergens in Congo nog Tutsi, behalve in Noord-Kivu en in Mulenge (Zuid-Kivu). Alle andere Congolese Tutsi, uit alle delen van Congo, wonen nu in Rwanda, België of elders in de wereld.

4. Einde

De problemen in Oost-Congo beschrijven als een strijd tussen Tutsi en Bantu is niet correct. Dat is de verpakking. Voor de ene zijn de Tutsi de reden van alle problemen, voor de andere zijn de Tutsi het slachtoffer. Vreemd genoeg draait alles om de Tutsi, een minderheid naast anderen, maar een minderheid met proportioneel veel geld en die als ‘Nilotisch’ door het leven gaat.

Het echte probleem draait dus om macht en geld, zoals alle conflicten. Rijke Tutsi versus de politieke Bantu-elite. De Tutsi deden meestal niet aan politiek omdat ze overal in de minderheid waren. Ze zijn ook een speciale minderheid want het zijn ‘Niloten’, dus worden ze beschouwd als ‘geen echte Bantu’.

Politici trekken de tribale kaart omdat zoiets hen in een democratisch systeem punten doet winnen. We zien hetzelfde in België: wanneer alle Vlaamse partijen het plots eens zijn, vinden de Franstaligen het democratisch principe niet meer eerlijk.

De slachtoffers van dit conflict zijn niet de Tutsi of de Bantu, maar Tutsi én Bantu. Niets is etnisch gedefinieerd, alleen etnisch uitgespeeld. Zij die lijden, zijn de armen van alle etnieën.

© CongoForum – Haiko K. Moja, 28.03.08

Leave a Comment

You must be logged in to post a comment.

28.03.08 Kivu for dummies (CongoForum)

Ik heb net hetzelfde gevoel als mijn vriendin. Toch zal ik proberen een beetje duidelijkheid te scheppen in de situatie. Ik beweer hier echter niet alle waarheid in pacht te hebben. Onpartijdig kan je hier nooit zijn..

1. Volkeren van Kivu

Mensen classificeren in volkeren vind ik eigenlijk een verouderde manier om over een sociale, economische en politieke realiteit te spreken. Jammer genoeg wordt het Congolese politieke discours (uit opportunisme) erdoor beheerst. Het is dus belangrijk om die classificatie, die te pas en te onpas gebruikt, wordt goed te kennen.

Bantu versus Niloot

De raciale verschillen tussen Bantu en Niloten vind ik totale nonsens, een mythe. Wat ik weet is dat de Bantu Bantu-talen spreken, en de Niloten Nilotische talen spreken. Vandaag is het verschil minder linguïstisch, meer raciaal. De Tutsi spreken een Bantu-taal maar iedereen hier verwijst naar hen als Niloten.

De meeste volkeren die Nilotische talen spreken, komen oorspronkelijk uit de Sahel. Het zijn veehouders, slanke mensen met ook fijne trekken in hun gezicht. De Maasai zijn bijvoorbeeld zo’n volk. Cultureel, linguïstisch en fysiek (raciaal?) beantwoorden zij aan het cliché-beeld van de Niloot. Maar de mythe wil dat alle volkeren die fysieke gelijkenis vertonen met de Maasai, en vaak veehouders zijn, vandaag worden gezien als Niloten, en zichzelf zien als Niloten. Alle volkeren die ik ken die zichzelf zien als Niloten, voelen zich dan ook superieur; ze vinden zichzelf mooier en slimmer dan de anderen.

Deze mythische categorisering beheerst nu de hele bevolking van Kivu en Oost-Congo. Een mythe die realiteit is geworden en bovenal de verpakking van de oorlog die hier nu woedt. Daarom belicht ik hier ook deze tegenstelling.

Tutsi

In deze tegenstelling zijn de Tutsi dus de Niloten. Alle anderen zijn Bantu: Nande, Hunde, Bashi, Hutu, … Daarnaast bestaan er nog kleine groeperingen Pygmeeën, een ander ‘ras’ dat in Oost-Congo leeft. Linguïstisch zijn de verschillende Pygmeeëngroeperingen niet met elkaar verwant Ze spreken talen verwant aan hun dichtstbijzijnde Bantu-buren. De Tutsi, de Niloten, spreken ook een Bantu-taal: het Kinyarwanda. Die taal delen ze met de plaatselijke Hutu en lijkt zeer sterk op de talen van de Barundi en de Bashi.

Hoewel heden ten dage drie rassen worden onderscheiden in Oost-Congo, kunnen we gerust stellen dat cultureel-linguïstisch alle volkeren van Oost-Congo Bantu zijn. Maar de raciale tegenstelling is in het discours over het huidige conflict belangrijker dan de culturele eenheid.

Congolese Tutsi?

Sinds de onafhankelijkheid van Congo hebben er altijd Tutsi gewoond in alle provincies van het land. Oorspronkelijk kwamen ze uit Noord- en Zuid-Kivu, maar – net zoals alle volkeren uit Congo – verspreidden ze zich in heel Congo. Er zijn Tutsi (én Hutu) die al eeuwen op het grondgebied van wat we vandaag Congo noemen, leven. Onder meer in Masisi en Rutshuru (Noord-Kivu) en in Mulenge (Zuid-Kivu, het woongebied van de beruchte Banyamulenge).

In de jaren 1930 beslisten de koloniale machthebbers om Tutsi uit het overbevolkte Rwanda te vestigen in verschillende delen van het dunbevolkte Oost-Congo.

Tijdens de onafhankelijkheidsstrijd in 1959 vluchtten tienduizenden Rwandese Tutsi uit Rwanda naar Oost-Congo. Die strijd was met hulp van de Belgen ontaard in een strijd van de Hutumeerderheid tegen de Tutsiminderheid.

De eeuwenoude Tutsi, de Tutsi die er kwamen in de jaren 1930 én de Tutsi van na 1959 vermengden zich met elkaar. De Congolese Tutsi hadden zich perfect geïntegreerd in de Congolese maatschappij. Velen verloren hun moedertaal.

2. De strijdende partijen in Kivu

In de media worden de strijdende partijen in Congo allemaal afgebeeld aan de hand van afkortingen van organisaties (FARDC, FDLR, PARECO), en afgezet tegen één man (generaal Laurent Nkunda van de CNDP). Wie allemaal achter die organisaties zitten, is niet duidelijk, maar wie generaal Nkunda is, en tot welke stam hij behoort is wel duidelijk. Mij lijkt dit erg vreemd, vooral als we weten dat in elke oorlog, elke partij zijn handen vuil maakt. Toch kennen we maar één gezicht, dat van Nkunda. Hieronder presenteer ik mijn beeld van de zaak.

FARDC

Forces Armées de la République Démocratique du Congo

Dit is het officiële leger van Congo. In dit leger vind je soldaten en officieren van alle Congolese etnieën, ook Tutsi. De eindverantwoordleijkheid voor dit leger ligt bij de president, Joseph Kabila. Dit leger heeft jammer genoeg, in naam van de strijd tegen Nkunda & CNDP (lees: de Tutsi-rebellen, hoewel hierover later meer), al te vaak de bevolking geterroriseerd en geplunderd. Dat is voornamelijk te wijten aan het feit dat de soldaten van dit leger geen loon krijgen. Ze krijgen wapens en moeten dan maar zelf zorgen voor hun brood op de plank waardoor het roofbendes worden.

Hoewel Kabila zich uitdrukkelijk distantieert van alle andere milities, is het algemeen geweten dat het leger op verschillende vlakken samenwerkt met FDLR, PARECO en Mai Mai in hun strijd tegen de CNDP van generaal Nkunda. Dat gebeurt echter niet op een georganiseerde manier. Naargelang van de situatie op het terrein nemen FARDC-bevelhebbers beslissingen naar eigen goeddunken. Het leger heeft tot nu toe vooral uitgeblonken in het aantonen van hun totale gebrek aan discipline, strategische planning en professionalisme.

De recente Conférence de la paix in Goma kwam er na een zware nederlaag van de FARDC (20.000 man sterk) tegen de CNDP (6.000 man sterk). Bij een veldslag werden alle gesofisticeerde wapens van het leger door CNDP in beslag genomen.

FDLR

Front pour la Démocratie et la Libération du Rwanda

Dit zijn de nazaten van diegenen die iets op hun geweten hadden na de genocide van Rwanda (1994), veelal Hutu. Deze génocidaires vluchtten na Kagames overwinning in Rwanda, naar Congo. Zolang de Tutsi in Rwanda machtig blijven, beschouwen ze Rwanda als een Tutsidictatuur die bevrijd moet worden.

Deze groepering is nog steeds onder leiding van de Interahamwe, die de génocide van Rwanda bedachten en uitvoerden. Maar niet alle soldaten van FDLR zijn Interahamwe. Sommige onder hen waren nog kleine kinderen toen ze met hun ouders in 1994 naar het binnenland van Congo vluchtten. Met een paar tienduizenden leven ze nog steeds in Congo.

De FDLR vormt ook helemaal geen homogene groep, en niet elke Rwandese Hutu die sinds de genocide van 1994 in Congo leeft, is er lid van. Duizenden Hutu vestigden zich permanent in het diepe oerwoud van Congo en integreerden zich in de lokale gemeenschappen.

De leiders van FDLR zitten veelal veilig in Kinshasa, Europa of Noord-Amerika. Hoewel deze beweging al massa’s misdrijven heeft begaan, is het niet duidelijk wie er verantwoordelijk voor is. Voor de leiders van FDLR werd nog nooit een ‘gemediatiseerd’ arrestatiebevel van het Internationaal Strafhof uitgevaardigd. Na veertien jaar is hun invloed binnen de FARDC en in de Congolese politiek aanzienlijk. De mythe dat de Tutsi geen Bantu zijn, en dus geen echte Congolezen, werd door hen in heel Congo verspreid. De Congolese Tutsi werden hiervan de eerste slachtoffers. Heel veel onder hen vluchtten naar Rwanda, met de hoop ooit terug te keren naar hun land van oorsprong: Congo.

Ondertussen strijdt FDLR officieel tegen de CNDP, de zogenaamde Tutsi-beweging die met hulp van Rwanda, Oost-Congo onveilig maakt.

FARDC + FDLR versus CNDP?

Waarom heeft Kabila samengezworen met de FDLR? Het is duidelijk dat Kabila slecht geadviseerd wordt. De kleine militaire groep van CNDP (de Tutsi-rebellen) leek aanvankelijk een klein probleem te zijn. In samenwerking met de gigantische FDLR zou dit snel opgelost worden. Het tegenovergestelde bleek echter waar.

CNDP groeide uit tot een klein maar oppermachtig leger in de regio waar niet zomaar komaf mee gemaakt kon worden. Maar hoe? CNDP geniet waarschijnlijk hulp van Rwanda, een klein maar hypergeorganiseerd en efficiënt land (terwijl Congo hyperchaotisch en inefficiënt is). Tal van machtige en rijke Congolese Tutsi die nu in Rwanda of België wonen (maar zeker niet allemaal!), zouden financiële steun aan de CNDP geven. Officieel zouden ze de CNDP steunen omdat ze terug naar hun thuisland willen. Officieus komt de situatie hen ook goed uit wegens de enorme coltan- en cassiterietreserves die in Noord-Kivu ontdekt werden en die ze verhandelen.

Hierom draait het hele gevecht tussen Kinshasa en Kigali, tussen politici en zakenlieden. Officieel tussen Tutsi en Bantu. Maar eigenlijk draait alles om financiële belangen. Alle Tutsi zijn echter niet rijk of machtig. De slachtoffers zijn in alle etnieën terug te vinden. In de vluchtelingenkampen vind je alle arme boeren van het binnenland: Nande, Hunde, Hutu en Tutsi.

CNDP en Generaal Laurent Nkunda

Congrès National pour le Démocratie et la Paix

Dit is de enige rebellenbeweging waarbij een persoon op de voorgrond treed als verantwoordelijke. Laurent Nkunda is een Congolese Tutsi die beslist heeft niet te vluchten naar Rwanda. Hij heeft ondertussen indruk gemaakt op tal van journalisten. Nkunda is een welbespraakte, knappe, intelligente en charismatische man. Hij spreekt vlot Frans, Engels, Kiswahili, Kinyarwanda en Kinande.

Er hangt een arrestatiebevel van het Internationaal Gerechtshof boven zijn hoofd. Aanvankelijk was hij een officier van het Congolese leger. Toen de Congolese politici hem echter de rug toekeerden en hem als zondebok van de oorlog wilden gebruiken, trok hij zich met zijn manschappen terug in de bergen van zijn geboortestreek. Daarom is het voor hem zo belangrijk tot het bittere eind verder te vechten. Hij probeert zijn eigen hachje te redden en werpt zich op als beschermer van alle Tutsi. Hij is niet bereid alleen alle schuld te dragen voor de oorlog die Congo al meer dan tien jaar teistert. Dit is veelal een schuld die de Congolese Tutsi sinds de Rwandese inval in Congo, vaak hebben moeten betalen.

Nkunda is een ‘chef de guerre’, een krijgsheer, en dus zeker geen heilige. Sommigen zien hem als Satan, anderen als de bevrijder (Jezus). Hij heeft alleszins de best geordende en meest succesvolle militaire organisatie.

Sommigen beweren zelfs dat hij niet steelt, plundert, verkracht of brand sticht. Hij slaagt erin om met een beperkte groep strijders de aanvallen van FARDC tegen te houden en zelfs hun wapens in beslag te nemen. Nkunda eist dat de bevolking die in het door hem gecontroleerde gebied woont, zijn soldaten te eten geeft. Hij ronselt ook alle jonge mannen (en kinderen?) uit de streek om voor hem te vechten.

Nkunda beweerde aanvankelijk de Congolese Tutsi te beschermen tegen de aanvallen van het Congolese leger en andere milities, of dat werd toch zo in de media beweerd. Zijn positie wordt echter niet geapprecieerd door alle Tutsi. Sommigen vinden dat hij hun situatie zo alleen bemoeilijkt ten aanzien van de andere Congolese bevolkingsgroepen. Vooral de welgestelde Congolese Tutsi verdedigen Nkunda.

Ondertussen is Nkunda’s beweging uitgegroeid tot een lokaal leger ter bescherming van de eenheid der volkeren in Noord-Kivu. Zo stellen de verdedigers van Nkunda alleszins graag de CNDP voor. Hoewel proportioneel veel officieren binnen zijn leger (maar niet allemaal!) Tutsi zijn, zijn er Hutu, Hunde, Nande en anderen in zijn leger. Het is dus ook verkeerd de CNDP te zien als een homogene Tutsi-organisatie, of de Tutsi-rebellen, zoals de CNDP al te vaak in de media wordt afgeschilderd.

Nkunda zou steun krijgen van Kagame. Ik twijfel eraan of dit klopt. Prominente zakenlieden in Rwanda zouden Nkunda financieel steunen. Die zakenlui zijn meestal Congolese Tutsi die na 1996 gevlucht zijn naar Rwanda omdat de Tutsi in Congo niet meer erkend werden als echte Congolezen en de schuld kregen van de algehele chaos de in het land heerste. Deze Tutsi willen maar één ding: terugkeren naar hun land, en naar hun materiële en financiële belangen die ze daar hebben moeten achterlaten.

PARECO en Mai Mai

Naast tal van andere milities zijn de twee belangrijkste de PARECO en de Mai Mai. Beide groeperingen werden door de Congolese overheid gecreëerd om chaos te zaaien. Etnisch zijn ze volledig vermengd (zoals dus alle milities hier in Kivu). Duizenden werkloze, gefrustreeerde, ongeschoolde jonge mannen van alle etnieën werden opgetrommeld en bewapend. Zij stelen, plunderen, verkrachten en terroriseren de bevolking.

Beide groeperingen zijn gangs of bendes die overleven door oorlog te voeren. Hun leider zou volgens bepaalde bronnen kolonel La Fontaine zijn. We hoorden echter recent dat een bataljon de vrouw van hun majoor vermoordde omdat ze niet betaald werden. De lokale bevolking organiseert ondertussen haar eigen bescherming met eigen wapens. De situatie kan zo op elk moment volledig uit de hand lopen.

3. De redenen

Coltan

Tot voor kort vlogen om de 20 minuten vliegtuigen heen en weer tussen Goma en het onrustige binnenland. Ze vlogen uit Goma met handelswaren (en wapens en munitie?) en kwamen terug met ruwe ertsen rijk aan coltan. Die ertsen zijn noodzakelijk voor het fabriceren van alle soort draagbare hightechapparatuur. Je vindt ze terug in onder andere GSM’s en draagbare computers. De vraag ernaar is enorm, en Kivu zit er vol van. Elke militaire organisatie heeft zijn mijnen en vindt genoeg afnemers voor haar producten. Niemand die ‘schandaal’ roept, want dit basismateriaal is levensnoodzakelijk voor de wereldeconomie. De onveiligheid en rivaliteit tussen de groeperingen drukt de prijs. De speculatie is enorm.

Politiek opportunisme

Democratie in Afrika betekent de wet van de meerderheid. Om de stem van de meerderheid binnen te halen, keren de politici zich tegen een minderheid, een zondebok voor alle problemen. In de Kivu is geen enkele groep de meerderheid. Maar in het ‘Bantu versus Niloot-discours’ zijn de Tutsi de minderheid, en ze hebben proportioneel ook veel grond en economische macht. Het is echter niet correct te beweren dat alle Tutsi rijk zijn, noch dat ze Niloten zijn.

Daarnaast leven dus andere minderheden in Kivu: Hutu (een relatief grote groep), Nande, Hunde, Bashi, Ngilima, … . De meerderheid van de bevolking is heel arm en officieel écht Bantu in tegenstelling tot de Tutsi minderheid, de zogenaamde Niloten.

Toen het Rwandese conflict Congo binnendrong, trachtten de Interahamwe de bevolking voor zich te winnen. Net als in Rwanda keerden ze zich tegen de Tutsi. Op dat moment verloor Mobutu zijn macht; en hij probeerde dit conflict in zijn voordeel uit te spelen. Vanaf dat moment werden de Tutsi van Congo als buitenlanders beschouwd.

De aanwezigheid van het leger van Kagame (vooral Tutsi) op Congolees grondgebied, om de Interahamwe te vervolgen, bemoeilijkte alleen de situatie van de Tutsi van Congo. Er werd een ware slachtpartij aangericht. Iedere Congolees die hulp bood aan de vluchtende Interahamwe, werd ook afgeslacht door het Tutsi-leger van Rwanda.

De Congolese bevolking werd zo door het Rwandese Tutsi-leger van Kagame vernederd. Snel werden de Tutsi de bron van alle problemen, zo ook de Congolese Tutsi. De tribale strijd van Rwanda heeft zich zo over heel Congo verspreid. Vandaag zijn politici uit de Kivu bereid om hun provincie in brand te steken om hun macht in Kinshasa te vrijwaren en de financiële macht van de Tutsi te breken. Vandaag wonen er nergens in Congo nog Tutsi, behalve in Noord-Kivu en in Mulenge (Zuid-Kivu). Alle andere Congolese Tutsi, uit alle delen van Congo, wonen nu in Rwanda, België of elders in de wereld.

4. Einde

De problemen in Oost-Congo beschrijven als een strijd tussen Tutsi en Bantu is niet correct. Dat is de verpakking. Voor de ene zijn de Tutsi de reden van alle problemen, voor de andere zijn de Tutsi het slachtoffer. Vreemd genoeg draait alles om de Tutsi, een minderheid naast anderen, maar een minderheid met proportioneel veel geld en die als ‘Nilotisch’ door het leven gaat.

Het echte probleem draait dus om macht en geld, zoals alle conflicten. Rijke Tutsi versus de politieke Bantu-elite. De Tutsi deden meestal niet aan politiek omdat ze overal in de minderheid waren. Ze zijn ook een speciale minderheid want het zijn ‘Niloten’, dus worden ze beschouwd als ‘geen echte Bantu’.

Politici trekken de tribale kaart omdat zoiets hen in een democratisch systeem punten doet winnen. We zien hetzelfde in België: wanneer alle Vlaamse partijen het plots eens zijn, vinden de Franstaligen het democratisch principe niet meer eerlijk.

De slachtoffers van dit conflict zijn niet de Tutsi of de Bantu, maar Tutsi én Bantu. Niets is etnisch gedefinieerd, alleen etnisch uitgespeeld. Zij die lijden, zijn de armen van alle etnieën.

© CongoForum – Haiko K. Moja, 28.03.08

Leave a Comment

You must be logged in to post a comment.