Werken aan een positieve, toekomstgerichte relatie tussen Congolezen en Belgen! (CongoForum)

Het ‘Centre européen des visas’ in Kinshasa – bron: Nederlandse diplomatie

(Opinie)

Heel wat mensen en milieus zijn voorstander van een scenario waarbij Congolezen en Belgen elkaar opnieuw véél meer vinden en ontdekken. Waarbij ze veel intenser samenwerken, uitwisselen, de handen in elkaar slaan. Niet in een geest van ongelijke verhoudingen, wel in een geest van (gewenste en gewilde) gelijkwaardigheid. Hoe werken we aan een positieve, toekomstgerichte relatie tussen Congolezen en Belgen? Een ernstige poging om aanzetten te geven hiertoe.

Over excuses aan de Congolezen: gevoelige gespreksstof. Als het kan helpen om het klimaat gezonder en beter te maken, dan moet het misschien maar. Geïnspireerd door bijvoorbeeld iemand als de sociaaldemocraat Willy Brandt (SPD), die zich na WOII ook excuseerde voor de vreselijke zaken die Duitsers aanrichtten in de oorlogsjaren. Ook al was hij bij diegenen die totààl geen schuld trof.

Niet iedereen is echter voorstander van het aanbieden van excuses. Moet je excuses aanbieden voor wat er in Congo gebeurde of voor historische feiten. “Wat gebeurd is, is gebeurd”, vinden sommige waarnemers. “Daar kan je een latere generatie niet verantwoordelijk voor stellen. Je kan en moet dingen leren uit het verleden, zonder zich zelf verantwoordelijk te voelen voor dat verleden”.

Over standbeelden van Leopold II en koloniale standbeelden: ook dit ligt zeer gevoelig. Moeten ze overal worden weggehaald? Is dat noodzakelijk, wenselijk, zinvol, nuttig? De meningen hierover lopen sterk uiteen. Sommigen pleiten ervoor om de beelden te ‘contextualiseren’, om ze in hun historische context te situeren en te voorzien van (juiste) historische duiding. Het laatste woord in dat (deel)debat is nog niet gezegd.

Volgens sommigen is het weghalen van standbeelden absurd. Van Leopold II een schietschijf maken ligt wellicht voor de hand, maar zeer veel koloniale standbeelden en straatnamen met een koloniale connotatie verwijzen naar personen die bij het bredere publiek amper bekend zijn. Hoe kan je gekrenkt zijn door iets waar je eigenlijk niet veel over weet? Goed geschiedenisonderwijs is wel cruciaal: zo kan je alles in de context van toen plaatsen. Iedereen is nu eenmaal een kind van zijn tijd, en dat zal altijd zo zijn. Wat niet wil zeggen dat je niet kan vinden dat bepaalde zaken, met de ethische normen van nu, afkeurenswaardig zijn.

Over straatnamen die verwijzen naar bijvoorbeeld Leopold II: ook daar is het op eieren lopen. Sommigen willen zulke straatnamen weg, anderen net niet. Wat kan een oplossing zijn: aangepaste, doordachte straatnamen die wijzen op de evidente historische banden met Congo en op de gedeelde, gemeenschappelijke geschiedenis. Namen met een neutrale connotatie of namen die positief naar Congo verblijven. Bijvoorbeeld: Congolaan, Congoboulevard, Congostraat, Kinshasaplein, Kisanganistraat, Bukavustraat, Kikwitdreef. Om enkele bestaande of fictieve voorbeelden te geven.

Over het onderwijs in België / Congo: idealiter zou op àlle scholen eerlijk en correct onderwijs moeten worden georganiseerd over alle issues, aspecten, invalshoeken. Over de pre-koloniale geschiedenis van Congo, Congo-Vrijstaat, Belgisch-Congo, het onafhankelijke Congo sinds 1960. Zonder taboes, clichés, vooringenomenheid of manipulatie van de feiten – in welke richting ook. Zonder blindheid voor eender welke feiten. Zonder slogans.

De essentie van het debat zou kunnen of moeten zijn: hoe werken we aan een nieuwe, positieve, constructieve, wederzijds verrijkende, toekomstgerichte relatie tussen ‘Congolezen’ en ‘Belgen’? Iets wat een vzw als CongoForum uiteraard zeer na aan het hart ligt. Hiervoor zijn er absoluut interessante ideeën en pistes te bedenken en aan te reiken, wat we graag én met overtuiging doen.

Voorbeelden:

Visumregelingen: maak die regelingen aanzienlijk soepeler, of beter nog, geef Congolezen (en ook Burundezen en Rwandezen) (eindelijk) de kans om vrij naar België te reizen. De huidige procedures ter zake hinderen velen van hen om over en weer te kunnen reizen, ze lijken vooral erop te mikken om reizen maximaal tegen te gaan, tenzij dan voor gefortuneerde Congolezen (enz.) die geld genoeg hebben. De gewone Congolezen, met weinig middelen, worden vaak uitgesloten. Ten tijde van Belgisch-Congo werd een solide onderwijssysteem uitgebouwd, maar het hoger / universitair onderwijs werd amper ontwikkeld, en spijtig genoeg veel te laat, ondanks gunstige en hoopgevende evoluties in de jaren 1950. Die ‘fout’ kan nu worden goedgemaakt, bijvoorbeeld door Congolezen de kans te geven om ook in België hogere studies te volgen, kennis te verwerven en die nadien ook in Congo te gebruiken. Een treffend voorbeeld van wat je kan doen als je een reëel en tastbaar verschil wil maken in de levens van gewone Congolezen.

Sommigen merken op dat de strenge visumprocedures te wijten zijn aan wanpraktijken. “De goeden moet het vaak met de slechten bekopen”, zeggen zij. Er is de vrees dat Congolezen die naar hier komen, in de natuur zullen verdwijnen. Congo laat dan weer betalen voor zijn visa omdat het zo aardig kan verdienen aan de komst van Belgen en andere buitenlanders.

Een beeld van de Universiteit Antwerpen (UA) – bron: Wikimedia Commons

Studiemogelijkheden en studiebeurzen: veel Congolezen zouden graag in België willen studeren, zich bijscholen, postuniversitaire programma’s volgen. Ook dat wordt hen zeker niet gemakkelijk gemaakt. Studentenvisa moeten veel gemakkelijker worden toegekend. Er kunnen inspanningen worden gedaan om deze weg toegankelijker te maken. We kunnen ook nadenken over manieren om Congolezen overal in België te laten studeren, dus ook uiteraard aan Nederlandstalige hogescholen en universiteiten, niet alleen aan Franstalige. Een nieuw fonds voor genereuze studiebeurzen, met name voor Congolezen uit arme of onbemiddelde families, lijkt ons absoluut een belangrijke piste. Zo’n fonds kan bijvoorbeeld worden verankerd bij de Koning Boudewijnstichting, en kan samenwerken met koepels en structuren uit het hoger onderwijs in België.

Er is ongetwijfeld genoeg draagvlak te vinden of creëren om Congolezen hier te laten studeren in het hoger / universitair onderwijs. Tegelijk kan je een ‘incentive’ bedenken die hoogopgeleide Congolezen stimuleert om hun kennis ten dienste van hun land te stellen. Het is ook belangrijk om ervoor te pleiten om de Congolese universiteiten herop te bouwen en te herwaarderen.

Financiële tegemoetkomingen, maatregelen, voorzieningen: daarover moet kunnen worden gepraat. In een geest van gezond verstand. En op voorwaarde dat centen zeker niet stromen naar Congolese autoriteiten of officials, maar wel naar gewone Congolezen en hun structuren die daar concrete projecten mee kunnen uitwerken en financieren. Indien goed doordacht is dit te organiseren, ook met de wens om misbruiken maximaal uit te sluiten en om niet-gefortuneerde Congolezen voorrang te geven.

Uitwisseling: ontwikkel een soort van ‘Erasmusprogramma’ waardoor uitwisseling tussen jongeren in Congo en hun leeftijdgenoten in België veel meer vorm kan krijgen. Bedenk en financier een tastbaar kader dat bijvoorbeeld aan jonge Belgen de kans geeft om naar Congo te gaan, daar iets te studeren, deel te nemen aan projecten, samen te werken met Congolese evenknieën, in een geest van gelijkwaardigheid en om tot positieve resultaten te komen.

Economie: ook op dit vlak is een (juist) kader te ontwikkelen om ondernemen in Congo en samen met Congolezen te stimuleren. Congo heeft nood aan veel meer ondernemingen en economische initiatieven. Mensen met een juiste ingesteldheid kunnen op dat vlak bakens verzetten, en samen met Congolezen nieuwe bedrijfjes en bedrijven bedenken, opzetten, uitbouwen. Maak dat mogelijk, en er ontstaan in Congo voor meer mensen perspectieven en banen. Heel belangrijk. IJver voor een win-winrelatie waarbij alle betrokkenen erop vooruitgaan. Dat is een moderne aanpak. Chinezen, Indiërs en vele anderen ondernemen nu ongegeneerd in Congo, heel vaak zonder zich te storen aan regels of morele overwegingen. Belgen kunnen dat net zo goed, maar zij kunnen én moeten er een belangrijke dimensie aan toevoegen: meer ethiek, meer integriteit, anti-corruptie, kansen voor iedereen, dus (uiteraard) ook voor de Congolezen – logisch.

Vanuit economisch oogpunt is het belangrijk dat Congo veel meer afgewerkte producten begint te maken en verkopen op de binnenlandse markt. De landbouw is op dit vlak van niet te onderschatten belang. Het landbouwpotentieel van Congo is zo enorm dat niemand in het land honger zou mogen (kunnen) lijden.

Landbouw, toerisme, transport, handel, industrie. Onderwijs, gezondheidszorg, middenveld. Die domeinen – om alleen deze aan te halen –  bieden enorme mogelijkheden tot samenwerking, gemeenschappelijke initiatieven, projecten. Uiteraard gebeurt er al één en ander, op diverse niveaus en met uiteenlopende allures en snelheden. Laten we op die domeinen kennis uit België positief inzetten, ten bate van de Congolezen. Niet vanuit een geest van ‘paternalisme’, wel om hefbomen te creëren die Congo en de Congolezen meer armslag geven om hun eigen land herop te bouwen en te laten vooruitgaan.

Meer ideeën zijn uiteraard denkbaar. Absoluut. De hier geschetste punten kunnen al een schitterende denkoefening voeden. Nog beter zou zijn om zo’n denkoefening in allerlei richtingen tot resultaten en projecten te laten leiden. Plus est en nous. Dat geldt voor Belgen. Dat geldt voor Congolezen. Samen.

© CongoForum – Denis Bouwen & Eddy Merveillie, 29.06.20

Deze tekst is te beschouwen als een aanzet tot verdere reflectie en verder debat. Hij wil ook een aantal positieve ideeën en voorstellen aanreiken. In het besef dat de meningen over een aantal kwesties uiteraard sterk kunnen uiteenlopen. Wat ook normaal is in een democratie.

Leave a Comment

You must be logged in to post a comment.